Op Terschelling kost het opladen van je elektrische auto bij een openbare laadpaal momenteel gemiddeld 52,8 cent per kilowattuur. Dit is 1 procent duurder dan in september, volgens cijfers van vergelijkingssite LaadpasTop10. Het duurdere laden is een gevolg van het feit dat sinds 1 januari 'gewoon' energiebelasting wordt betaald bij het opladen van een stekkerauto.
Elektrisch opladen op straat is sinds dit jaar in heel Nederland duurder geworden, met uitschieters tot wel 26 procent. Ook zijn er andere financiële tegenvallers voor stekkerauto rijders, zoals het betalen van motorrijtuigenbelasting en het wegvallen van aanschafsubsidies. Volgens berekeningen van de ANWB maakt dat elektrisch rijden per kilometer duurder dan rijden op benzine.
Hoewel gemiddelde tarieven stijgen, dalen ze toch in het zuiden van Nederland, met name in Brabant en Limburg. Dit komt doordat daar nog veel oude aanbestedingen lopen en eigenaren van laadpalen de energiebelasting voorlopig zelf betalen. In en rond Rotterdam zijn de basistarieven juist zo hard gedaald dat het wegvallen van de belastingkorting wordt gecompenseerd.
Er zijn nu laadpalen met en zonder belastingkorting door elkaar in Nederland, wat voor stekkerauto rijders verwarrend kan zijn. Prijsverschillen zijn moeilijk te verklaren en variëren tussen 38,1 en 67,4 cent per kilowattuur. De Vereniging Elektrische Rijders benadrukt dat de kloof tussen mensen die thuis kunnen laden en degenen die afhankelijk zijn van openbare laadpalen groter wordt.
Terschelling heeft momenteel vijftig openbare en semiopenbare laadpunten, wat een toename van elf laadpalen betekent in vergelijking met een jaar geleden. Deze laadpalen bevinden zich onder andere bij restaurants, sportclubs en bouwmarkten, waardoor de toegankelijkheid voor stekkerauto rijders is verbeterd.